Site Overlay

Zoek de zeven verschillen

De twee (!) foto’s met de zeven (?) verschillen :

D5H_6223
D5H_6224

Ok, misschien zijn er niet exact 7 verschillen tussen de twee bijgevoegde foto’s, maar enig verschil is er alleszins.
Laten we eerst opsommen wat er niet verschilt: beide foto’s zijn vlak na elkaar gemaakt, in ongewijzigde lichtomstandigheden, met dezelfde body en dezelfde lens[*], op statief en ingesteld op hetzelfde diafragma, met dezelfde witbalans en bij een identieke ISO.

Wat er wel verschilt?
Bij de foto met de heldere bladeren is er een polarisatiefilter gebruikt, bij de andere niet.

Dus voor al wie dacht dat een polarisatiefilter enkel wordt gebruikt (en misschien nog meer wordt misbruikt) om donkerblauwe luchten nog donkerder te krijgen, een polafilter is veel meer dan dat. Afhankelijk van de omstandigheden zal een pola-filter zorgen voor een sterkere kleurenverzadiging, kan het witte wolken beter laten uitkomen tegen een donkere lucht, kan het een regenboog benadrukken (of net het regenboogeffect vernietigen), kan het reflecties weghalen op water of op glas (maar niet op metaal), kan een stuk van de “haze” of de heiïgheid wegwerken, en in het algemeen dus het contrast verhogen.

Polarisatiefilters werken het best als er zon is, waarbij het bovendien zo is dat de lucht niet in alle windrichtingen even sterk gepolariseerd is. Als je vanuit je eigen positie een (denkbeeldige) lijn naar de zon trekt, zal het effect het sterkst zijn links en rechts van je positie, dus loodrecht op die lijn. Deze ongelijke polarisatie brengt met zich mee dat bij gebruik van grotere groothoeken er in de lucht een onnatuurlijk aandoende gradiënt van donker naar helderder blauw kan ontstaan. Testen en uitproberen…

Sommige stralen van de zon bereiken je scène rechtstreeks, andere komen onrechtstreeks: ze vertrekken bij de zon, maar botsen op bvb. het aardoppervlak of op de wolken, en worden zo gereflecteerd op je scène. Als die reflectie gebeurt op een plat (niet metalen) oppervlak, zal polarisatie optreden: alle gereflecteerde licht golven gaan in eenzelfde vlak beginnen trillen. Het polarisatiefilter werkt door meer (of minder) van dat gepolariseerd licht weg te filteren. Dit betekent dan ook dat het gebruik van een polarisatiefilter ten koste gaat van de hoeveelheid licht die de sensor bereikt. Een tweede verschil tussen de twee bovenstaande foto’s was dan ook dat er bij de foto met polarisatiefilter een langere sluitertijd nodig was (bij zelfde diafragma en ISO). In die zin kan een polarisatiefilter trouwens ook dienst doen als een licht neutraalgrijs filter.

Natuurlijk zijn er ook situaties waar een polarisatiefilter het eindresultaat niet ten goede komt. Zo kan een polafilter voor een stuk de reflectie op een wateroppervlak wegfilteren, waardoor je dingen te zien krijgt die onder die reflectie liggen. Soms spannend, maar soms krijg je net daardoor een vlakke en wat dode foto. Dus experimenteren, en iedere foto op zijn eigen merites beoordelen.

[*] Een nikon 75-150mm f/3.5 AIS E-series zoomlens, niet dat dat hier van groot belang is. Een heel fijn alternatief voor de zware 70-200mm f/2.8 lenzen op full-frame, zeker bij reisfotografie of overal waar je langere tijd moet rondlopen met je fotospullen. Trouwens niet alleen veel lichter, maar ook veel minder opvallend (om over de prijs te zwijgen).

Joost.